Veel Nederlanders willen in de EU blijven

Op 10 juni 2015 verspreidde het Informatiebureau van het Europees Parlement in Nederland een grafiek waaruit blijkt dat in Nederland de meeste steun is voor het in de EU blijven. Maar liefst 76% van de Nederlanders wil niet uit de EU. De grafiek is afkomstig uit een opinieonderzoek van de Europese Commissie. Daarbij kunnen wel wat kanttekeningen worden geplaatst.

EB1a

De gegevens voor deze grafiek komen uit de Eurobarometer (aflevering 81.4). Dat is een opiniepeiling die regelmatig in de EU wordt gehouden. In elke lidstaat worden 1000 mensen geïnterviewd in een face-to-face onderzoek. Alleen in de drie kleine landen Cyprus, Luxemburg en Malta zijn het er slechts 500. De gegevens voor deze grafiek zijn in 2014 verzameld. In de peiling werd gevraagd of men voor of tegen uittreding uit de EU was.

De grafiek is in feite een stapeldiagram. Hij is wat vol, omdat de uitkomsten voor alle 28 lidstaten er in getoond moeten worden. De rode balken voor de percentages tegen uitreding zijn goed met elkaar te vergelijken. De balken zijn geordend in aflopende grootte. Zo is meteen duidelijk dat in Nederland het grootste percentage (76%) tegen uittreding is en in het Verenigd Koninkrijk is het percentage met 36% het kleinst.

Het is lastiger om de percentages voorstander van uittreding met elkaar te vergelijken. Dat komt omdat de (blauwe) staven geen gemeenschappelijke onderkant hebben. In het rapport van de Europese commissie is dit opgelost door een tweede grafiek op te nemen waarin de blauwe balken onderaan staan en in aflopende grootte zijn geordend.

Wat niet echt helpt bij het bekijken van de grafiek is dat de balken van het stapeldiagram verticaal zijn getekend. Daardoor is er geen ruimte om de namen van de landen bij de balken te zetten. In plaats daarvan gebruiken de onderzoekers twee-letterige afkortingen. En dan maar hopen dat iedereen weet welk land wordt bedoeld met EE, LV, SK of HR.

De grafiek hieronder toont een alternatieve manier om de gegevens grafisch weer te geven. Zo’n grafiek wordt een dotplot genoemd. Daarin is wel voldoende ruimte voor de namen van de landen. De percentages voorstanders van uittreding en de percentages die het niet weten zijn hierin wat beter af te lezen. Zo is vrij makkelijk te zien dat in Slovenië en Cyprus de grootste percentages voorstanders van uittreding zijn. En in Bulgarije zijn veel mensen die het niet weten.

EB2

Is Nederland echt het land met het grootste percentage tegenstanders van uittreding? Dat lijkt wel zo te zijn, maar je moet bedenken dat de grafiek is gebaseerd op een steekproef van 1000 inwoners van elk land. De uitkomsten hebben dus onzekerheidsmarges. Om de cijfers beter op hun waarde te kunnen schatten, moet je die onzekerheidsmarges erbij geven. In de dotplot hieronder is de onzekerheid weergegeven als een horizontaal rode lijnstukje. Dat is de ruis in de steekproef waarmee je rekening moet houden. Zo kun je concluderen dat er overlap is tussen de lijnstukjes van Nederland, Denemarken en Luxemburg. De volgorde van deze drie landen had dus net zo goed anders kunnen zijn.

EB3

De onderzoekers melden in hun rapport dat het percentage tegenstanders van uittreding in Nederland met 1% is gestegen vergeleken met vorig jaar. Deze conclusie kunnen ze niet trekken. De onzekerheidsmarge is namelijk bijna 3%. De ruis in de steekproef is groter dan het verschil met vorig jaar. Die 1% kan dus net zo goed veroorzaakt zijn door de trekking van de steekproef. Het kan een artefact zijn in plaats van een ‘echt’ verschil.

Je kunt dus niet concluderen dat Nederland het grootste percentage van tegenstanders van uittreding heeft. Wel kun je zeggen dat Nederland samen met Denemarken en Luxemburg behoort tot de landen met de hoogste percentages tegenstanders van uittreding.