Gewone, normale Nederlander of gemiddelde Nederlander?

Tijdens de formatie bleek dat het cabinet Rutte III zich vooral gaat inzetten voor de gewone, normale Nederlander. Velen vroegen zich af wat daarmee precies werd bedoeld. Wanneer ben je een gewone, normale Nederlander? Maar er werd geen definitie gegeven. Was het dan misschien een voorbeeld van de ‘Gemiddelde Mens’ die al in 1835 door de bekende Belgische wiskundige Adolphe Quetelet werd bedacht? Een duikje in de geschiedenis.

Adolphe Quetelet werd in 1796 geboren in Gent. Dat was toen nog Nederlands grondgebied. Maar na de 10-daagse veldtocht in 1831 scheidde België zich af en werd Quetelet Belg. Hij studeerde wiskunde aan de universiteit in Gent. Hij was de eerste die aan deze universiteit promoveerde in de wiskunde.

Na zijn studie ging hij zich vooral met astronomie bezig houden. Op een of andere manier wist hij de (toen nog Nederlandse) regering ervan te overtuigen dat er een sterrenwacht moest komen. Die sterrenwacht werd inderdaad in Brussel gebouwd en hij werd de eerste directeur.

Quetelet had grote bewondering voor Isaac Newton die erin was geslaagd de verborgen wetmatigheden in het heelal te ontdekken. Quetelet wilde zoiets ook doen in de astronomie. Een lastig probleem in die tijd was dat vele astronomen meting deden aan hetzelfde verschijnsel, bijvoorbeeld de snelheid van de planeet Saturnus. Maar toch kregen ze verschillende uitkomsten. Welke meting was dan de juiste? De astronomen vonden daarvoor de oplossing. Ze noemden het de ‘Methode van de Gemiddelden’. Alle metingen werden gecombineerd in één gemiddelde meting. Dat gemiddelde zou dichterbij de werkelijke waarde moeten liggen dan een losse waarneming. En zo werd het gemiddelde geïntroduceerd in de wetenschap.

Tijdens de 10-daagse veldtocht werd de sterrenwacht door rebellerende soldaten bezet en beschadigd. De toekomst van de sterrenwacht leek onduidelijk. Daarom besluit Quetelet zich meer te richten op de sociale wetenschappen. Hij hoopte de wetmatigheden in het menselijk gedrag te kunnen ontdekken net zoals Newton dat deed in de natuurkunde. Daarbij gebruikte hij de ‘Methode van de Gemiddelden’. Hij berekende bijvoorbeeld de gemiddelde borstomvang van 5738 Schotse soldaten. Die bleek gelijk te zijn aan 39 ¾ inch. Het was de eerste keer dat een gemiddelde werd berekend van een menselijk kenmerk.

Maar wat betekende dat gemiddelde nu? Voor de astronomen was de interpretatie duidelijk. Als ze bijvoorbeeld de echte snelheid van Saturnus probeerden te meten, dan zaten er in al die metingen meetfouten. Het was de bekende wiskundige Carl Gauss die had aangetoond dat het gemiddelde van een aantal metingen dicht bij de echte waarde ligt. Door het gemiddelde te berekenen vallen de afwijkingen min of meer tegen elkaar weg. Quetelet paste dezelfde gedachtegang toe bij metingen aan mensen. Hij zag elke mens als een kopie met meetfouten van de ‘gemiddelde mens’. Die gemiddelde mens was een soort kosmisch sjabloon voor mensen. Voor Quetelet was de gemiddelde mens de perfecte mens, de ideale mens waar de natuur naar streefde. Volgens Quetelet hadden de grote figuren in de geschiedenis van de mensheid eigenschappen die dichtbij de gemiddelde mens in de buurt lagen.

Quetelet rekende van allerlei kenmerken van mensen het gemiddelde uit. Daarbij waren het gemiddelde gewicht, de gemiddelde leeftijd waarop mensen trouwden en stierven, het gemiddelde aantal geboorten per jaar, gemiddeld aantal misdrijven, gemiddeld aantal zelfmoorden mensen per jaar, enz. Hij was ook de uitvinder van de Body Mass Index (BMI). Die wordt daarom ook wel de Quetelet Index genoemd. Hij gebruikte de gemiddelde BMI als een maat voor de gemiddelde gezondheid van mensen.

Quetelet had bewondering voor mensen met waarden dichtbij het gemiddelde. Een mens met waarden gelijk aan die van de gemiddelde mens was in zijn ogen ‘groots, goed en mooi’. Mensen met eigenschappen die ver van de gemiddelde waarde aflagen, vond hij minderwaardig. Hij sprak zelfs van gedrochten.

Zijn onderzoek naar wetmatigheden in de sociale wetenschappen legde hij vast in het boek ‘Sur l’homme et le développement de ses facultés, ou Essai de physique sociale’. Hij was zelf Franstalig en daarom had hij het niet over de gemiddelde mens maar over l’homme moyen.

Tegenwoordig zien we de gemiddelde mens niet meer zo als de ideale, perfecte mens. Het is meer een prototype, een typische representant van de hele groep.

Overigens is niet iedereen het eens met de ideeën van Adolphe Quetelet over de gemiddelde mens. Als allerlei wetmatigheden ten grondslag liggen aan de kenmerken van mensen, dan staat dat op gespannen voet met de vrije wil.

Gebruikte literatuur

  • Vlis, J.H. van der & Heemstra, E.R. (1989), Geschiedenis van kansrekening en statistiek. Pandata Uitgeverij, Rijswijk.
  • Rose, T. (2016), How the Idea of a ‘Normal’ Person Got Invented. The Atlantic, https://www.theatlantic.com/business/archive/2016/02/the-invention-of-the-normal-person/463365/
  • Stamhuis,. I.H., Klep & P.M.M. Maarseveen, J.G.S.J. van (2008), The Statistical Mind in Modern Society. The Netherlands 1850-1940. Aksant, Amsterdam.