Het referendum: lastige klus voor peilers

Op 6 april 2016 konden de Nederlanders zich in een referendum uitspreken over een associatieverdrag met Oekraïne. Uiteraard waren er in de aanloop naar het referendum weer heel wat peilingen. De peilers hadden het lastig, want het ging niet alleen om het voorspellen van het aantal voor- en tegenstanders van het verdrag, maar ook om het percentage mensen dat zou gaan stemmen. Bovendien was er weinig ervaring met peilingen voor referenda. Hoe deden de peilers het?

In de tabel hieronder staan de uitkomsten van de verschillende peilingen samengevat. De omvang van de steekproeven varieert tussen de 750 en 3839. Een omvang van 750 is niet echt veel, maar in het algemeen wel voldoende om redelijke nauwkeurige uitspraken te doen. Dit betekent wel dat je rekening moet houden met een onzekerheidsmarge van 3,6 procentpunten in de uitkomsten.

Verschillende peilers hebben aan de respondenten gevraagd of ze zeker zullen gaan stemmen of dat ze waarschijnlijk zullen gaan stemmen. In de tabel zijn alleen de percentages zekere stemmers vermeld.

tabel

Het schatten van het opkomstpercentage is een lastig probleem. Dat komt er een verband is tussen meedoen aan een peiling en gaan stemmen. Stemmers zijn meer geneigd mee te doen aan een peiling dan niet-stemmers. Daarom zijn stemmers oververtegenwoordigd in peilingen en dus wordt het opkomstpercentage veel te hoog geschat. Je kunt proberen daarvoor te corrigeren via weging, maar het is nog maar de vraag of zo’n weging wel effectief is.

De peilers zijn zich wel bewust van dit probleem. Ze zijn daarom behoorlijk voorzichtig in hun uitspraken. Zo schat I&O Research dat 43% zeker gaat stemmen en 25% waarschijnlijk wel, maar voegt daaraan toe dat ’het er alle schijn van heeft dat de opkomst in de buurt van of boven de 30% zal uitkomen’.

Bij de peiling van Peil.nl (van Maurice de Hond) zegt 25% zeker te zullen gaan stemmen. Daarnaast is er nog een groep die overweegt te gaan stemmen. De Hond merkt op dat ‘Beduidend meer mensen dan er werkelijk zullen opkomen, geven vooraf aan dat ze opkomen’. Hij waagt het sterk te betwijfelen dat het opkomstpercentage de 30% zal overtreffen. En GfK geeft aan zich niet te wagen aan een voorspelling van de uitkomst. De peiling van Ipsos maakte geen schatting van de opkomst., en ook niet van percentages voor- en tegenstanders.

In de grafiek hieronder kun je de verschillende voorspellingen van de opkomst vergelijken met de werkelijke opkomst (32,2%). De rode stippen geven de voorspellingen aan. De horizontale rode lijnstukken duiden de onzekerheidsmarges aan. Merk op dat de onzekerheidsmarges van TNS-Nipo groter zijn dan die van de andere peilers. Dat komt omdat de steekproef voor deze peiling kleiner is dan die van de andere peilingen.

TNS-Nipo heeft met 35% de opkomst het beste voorspeld. De werkelijke opkomst ligt (net) binnen de marges. Ook de voorspelling van Nu.nl (36%) is redelijke, hoewel er een kleine significante afwijking is. Peil.nl zit met 25% te laag. Er is een verschil van 7 procentpunten met de werkelijke opkomst. De uitspraak dat de opkomst niet boven de 30% zal uitkomen, klopt ook niet. I&O Research zit er met 43% verst af van de werkelijke opkomst. Daar moet wel bij woorden aangegeven dat deze peiler van te voren heeft gezegd het er alle schijn van heeft dat de opkomst in de buurt van of boven de 30% zal uitkomen. Dat gevoel klopte dus wel.

opkomst

Als je de uitkomsten van de peilingen bekijkt, dan lijkt het erop dat de cijfers alleen niet voldoende zijn om de opkomst te voorspellen. Het gevoel of de ervaring van de onderzoekers leidt tot aanpassingen van de voorspellingen.

Aan de respondenten die zeker van plan waren te gaan stemmen, is gevraagd of ze voor of tegen het associatieverdrag gingen stemmen. De percentages voorstanders liggen allemaal onder de 50%. Dus op grond van de peilingen kun je concluderen dat de meerderheid van de stemmers tegen het verdrag is.

Het werkelijke percentage voorstanders van het Associatieverdrag bedroeg 38%. In de grafiek hieronder worden de voorspellingen van de percentages tegenstanders vergeleken met de uitkomst van het referendum. TNS-Nipo en Nu.nl deden het heel goed met hun voorspellingen. Die waren gelijk aan de werkelijke uitslag.

voorstanders

De andere drie peilers hebben kleine, maar wel significante afwijkingen. Peil.nl zit met 34% iets te laag, en GfK en I&O Research zitten met 41% en 43% wat te hoog.

Concluderend kun je zeggen dat de verschillende peilers het niet zo slecht hebben gedaan. Het zou kunnen dat men in Nederland de smaak te pakken heeft gekregen en meer van zulke referenda willen gaan houden. Dan is het zaak na te denken over betere voorspellingstechnieken voor de opkomst.