Pie chart strikes again …

Het aantal botsingen van vliegtuigen met vogels (bird strikes) neemt steeds verder toe bij Schiphol. Aldus een groot artikel in het Leidsch Dagblad (en andere regionale bladen) op 18 december 2018. In het artikel is een grafiek opgenomen die dit verschijnsel in beeld probeert te brengen. Daarvoor is helaas een reeks slecht ontworpen cirkeldiagrammen gebruikt. Ook bevat de grafiek nog allerlei andere storende elementen. Deze chart junk leidt alleen maar af van de boodschap. Al met al een bijzonder slechte grafiek.

Deskundigen raden vrijwel altijd het gebruik van cirkeldiagrammen af. Het staafdiagram is een beter alternatief. Er kan teveel misgaan met cirkeldiagrammen.

De grafiek hierboven is opgebouwd uit zes cirkeldiagrammen. Er is een cirkeldiagram voor elk jaar. Als de groei van het aantal botsingen in beeld wilt brengen, dan is het niet logisch om alle cirkeldiagrammen even groot te tekenen. In 2013 waren er 560 botsingen en in 2017 waren het er 864. Dan zou de oppervlakte van het cirkeldiagram in 2017 dus ruim anderhalf keer zo groot moeten zijn.

Elk cirkeldiagram is verdeeld in vier sectoren die corresponderen met vier kwartalen. De kwartalen binnen een cirkeldiagram zijn moeilijk vergelijkbaar. Het is nog lastiger om kwartalen uit verschillende jaren te vergelijken. De toeters en bellen in het midden van de grafiek helpen daarbij ook niet echt mee.

Een ander probleem is dat de cirkeldiagrammen in een driedimensionaal perspectief zijn getekend. Daardoor vervorm je de grafieken. De sectoren aan de voorkant van de ‘taarten’ krijgen meer nadruk doordat ook hun randen aan de voorkant zijn getekend. Zie ook een fragment uit de grafiek hieronder. Bovendien leidt het driedimensionale perspectief tot vervorming van de sectoren, waardoor ze minder goed vergelijkbaar zijn.

Zoals gezegd, de interpretatie van de grafiek wordt bemoeilijk door de chart junk in het midden. Het is niet duidelijk wat de bedoeling is van dat vliegtuig, de ballen en de vogels. Is dit ook een grafiek? Of is het alleen maar versiering. Het artikel bevat geen uitleg hierover. Misschien waren die ballen wel kerstversiering.

Het gebruik van kleur is wel functioneel. Er zijn vier kwartalen die een natuurlijke volgorde hebben. Daarom is het logisch oplopende of aflopende tinten van dezelfde kleur te gebruiken. Is er echter geen natuurlijke volgorde, dan is het beter zijn om verschillende kleuren (maar wel met dezelfde helderheid) te gebruiken.

Wat is nu een betere grafiek? Hieronder staan twee voorbeelden van een staafdiagram. De eerste grafiek hieronder is een samengesteld staafdiagram. Voor elk jaar apart is een staafdiagram van de vier kwartalen getekend. Dit is een heldere grafiek. Zo is bijvoorbeeld duidelijk te zien dat de meeste vogelbotsingen voorkomen in het derde kwartaal (van elk jaar). Ook neemt het aantal vogelbotsingen in het derde kwartaal steeds verder toe.

Wat niet goed is te zien in de grafiek is de ontwikkeling van het totaal aantal vogelbotsingen per jaar. Daarvoor kun je beter een stapeldiagram tekenen. Daarbij worden de kwartaal-staven binnen een jaar op elkaar gestapeld. Duidelijk is te zien dat het aantal botsingen per jaar toeneemt. Merk op dat het laatste kwartaal van 2018 niet is meegenomen omdat de cijfers nog niet beschikbaar waren. Die staaf wordt dus later nog wat groter.

In het rapport ‘Staat van Schiphol 2018’ van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat staat ook een grafiek van de vogelbotsingen. Die grafiek (zie hieronder) is in feite ook een stapeldiagram, maar een gekantelde versie. De jaren zijn hier op de verticale as afgezet. Dit is wat ongebruikelijk. De tijd staat meestal afgezet op de horizontale as. Een ander verschil is dat in de grafiek van het ministerie de staven zijn vervangen door reeksen silhouetten van vogels. Je kunt je afvragen of dit de duidelijkheid bevordert.

Je kunt in ieder geval concluderen dat de verzameling driedimensionale cirkeldiagrammen in de grafiek van het Leidsch Dagblad een heel slechte grafiek. Je kunt je afvragen waarom de krant niet gewoon de grafiek uit het rapport van het ministerie heeft opgenomen. Of nog beter: waarom niet gewoon een simpel en helder staafdiagram? Toch maar een cursusje ‘wel en wee van statistieken’?